FilmCentrum
The King's Speech
door Ramon van Dam
Rubriek: Bioscoop |
|
Regie: | Tom Hooper |
Cast: | Colin Firth, Geoffrey Rush, Helena Bonham Carter |
Genre: | Drama / geschiedenis |
Lengte: | 118 minuten |
Première: | donderdag 17 februari 2011 |
Meer informatie | |
De positie van de underdog is er één waarin de hoofdrolspelers van grote films zich vaak terug kunnen vinden. Wij als bioscoopgangers vinden het blijkbaar makkelijk om onszelf te identificeren met iemand die net niet aan de top staat, zodat we des te harder kunnen juichen wanneer deze protagonist boven zichzelf uit stijgt. Het hoofdpersonage in The King's Speech is zo'n typische underdog, maar zoals de titel al doet vermoeden gaat het hier niet om iemand uit de onderste lagen van de samenleving. Integendeel, Albert Frederik Arthur George is de koning van het Britse rijk, dus wat heeft hij dan te klagen? Het probleem is dat hij een stotteraar is in een tijd waarin het net belangrijk wordt om het volk daadkrachtig moed in te spreken, de wereld staat namelijk aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog.
Wanneer koning George V komt te overlijden - een typische rol van Michael Gambon - wordt hij vanzelfsprekend opgevolgd door zijn oudste zoon Edward. Lang duurt deze regeringsperiode echter niet, de jonge leider besluit zijn troon op te geven voor een vrouw die geen goedkeuring kan dragen van het parlement. Geheel onverwacht komt zijn broertje hierdoor aan de macht als koning George VI, voor wie het hierdoor des te belangrijker wordt om zijn stemproblemen op te lossen.
Samen met zijn vrouw Elizabeth heeft hij tevergeefs al zo'n beetje alle experts op het gebied afgelopen, maar wanneer hij van zo'n logopedist moet praten met een handvol knikkers in zijn mond is de maat voor hem vol. Het lukt hem niet en het zal hem nooit gaan lukken, zo luidt zijn eigen conclusie. Toch weet zijn echtgenote hem over te halen het nog één laatste poging te geven, waarna "wonder boven" wonder blijkt dat de Australische Lionel Logue met zijn onorthodoxe methoden de gouden oplossing blijkt te bezitten.
De basis van dit verhaal hebben we al talloze keren gezien in alle vormen en maten, waardoor de film je ook nergens zal verrassen. Iedereen weet al voordat hij of zij de zaal binnengaat hoe het zal aflopen, maar dat is geen enkel probleem. Dit soort films draaien om de dialogen, en die horen dan ook te worden uitgevoerd door grote acteurs die weten hoe ze met dit soort gewichtige teksten moeten omgaan.
Wat dat betreft mag regisseur Tom Hooper blij zijn met zijn casting directors, want met Colin Firth en Geoffrey Rush heeft hij een gouden duo in handen dat niet voor niets gezamenlijk is genomineerd voor de beide Oscars voor mannelijke acteurs. Het komt vaak een beetje goedkoop over als een acteur iemand speelt met een bepaald gebrek, maar Firth lijkt de koning oprecht te willen neerzetten zonder er een parade van te maken. Dit gaat hem bijzonder goed af, waardoor je je als kijker verbonden voelt met het hoofdpersonage en daadwerkelijk meeleeft wanneer hij niet uit zijn woorden komt tijdens een publieke toespraak.
Hoe goed Firth echter ook mag zijn, de show wordt eigenlijk toch wel gestolen door Geoffrey Rush als zijn spraaktherapeut. Hij zet de Australiër neer als een innemend persoon met zijn eigen kleine problemen, en als een helpende hand die oprecht betrokken is bij zijn cliënten. Zijn tegenspeler gaat vrijwel zeker naar huis gaat met een gouden beeldje voor beste acteur, maar de kans is groot dat de film een dubbelslag zal slaan wat betreft de mannelijke hoofdrolspelers. De prestaties van beide heren zijn in ieder geval indrukwekkend genoeg om deze eventuele verzilveringen te rechtvaardigen.
Tom Hooper mag sowieso tevreden zijn met het resultaat; niet alleen maakt het tijdens de uitreiking van de Academy Awards kans op maar liefst 12 Oscars, de film heeft al heel wat andere grote prijzen binnengehaald bij onder andere de BAFTA's en de Golden Globes. Wat dat betreft kan het dus eigenlijk al niet meer stuk, maar het zal zeker geen verrassing zijn als de productie op 27 februari de rode loper als de grote winnaar verlaat.
Het draait echter niet enkel om de twee grote sterren in de hoofdrol, ook de rest van de cast mag er wezen. Helena Bonham Carter is uitstekend uitgekozen om Queen Elizabeth te vertolken, en Guy Pearce zet de losbandige koning Edward VIII neer met een goede dosis humor. Ook Timothy Spall moet nog even genoemd worden voor zijn kleine doch vermakelijke rol als Winston Churchill.
Toch zijn er wel wat kleine puntjes van kritiek om op te merken, zo wordt de achtergrond van de koninklijke familie wel erg rooskleurig neergezet. Het vrouwenverslindende gedrag van Edward wordt dan nog wel even genoemd, maar over zijn goede verhoudingen met de nazi's wordt niet gerept. Een dergelijk conflict had misschien nog wat meer drama toe kunnen voegen aan het verhaal, en de disfunctionele kant van de familie zou zo nog meer belicht kunnen worden. Het verhaal is bovendien toch wel redelijk simpel, zonder de grote klasse van de acteurs zou het nooit zo stevig overeind kunnen blijven staan.
Aan de andere kant doen de makers ook genoeg goed, zo voegt (de afwezigheid van) het geluid veel toe aan de sfeer en de beelden zien er prachtig uit. Of het daadwerkelijk de beste film van het afgelopen jaar is valt te betwisten, maar Tom Hooper heeft onweerlegbaar een film gemaakt die veel mensen weet aan te spreken en alleen daarom al veel lof verdient. Het is alleen te hopen dat de plannen van de gebroeders Weinstein om een gecensureerde versie naar de bioscoop te brengen niet doorgaan, want de scène waarin Colin Firth al scheldend rondloopt is misschien wel het leukste stuk van de film.
Wanneer koning George V komt te overlijden - een typische rol van Michael Gambon - wordt hij vanzelfsprekend opgevolgd door zijn oudste zoon Edward. Lang duurt deze regeringsperiode echter niet, de jonge leider besluit zijn troon op te geven voor een vrouw die geen goedkeuring kan dragen van het parlement. Geheel onverwacht komt zijn broertje hierdoor aan de macht als koning George VI, voor wie het hierdoor des te belangrijker wordt om zijn stemproblemen op te lossen.
Samen met zijn vrouw Elizabeth heeft hij tevergeefs al zo'n beetje alle experts op het gebied afgelopen, maar wanneer hij van zo'n logopedist moet praten met een handvol knikkers in zijn mond is de maat voor hem vol. Het lukt hem niet en het zal hem nooit gaan lukken, zo luidt zijn eigen conclusie. Toch weet zijn echtgenote hem over te halen het nog één laatste poging te geven, waarna "wonder boven" wonder blijkt dat de Australische Lionel Logue met zijn onorthodoxe methoden de gouden oplossing blijkt te bezitten.
De basis van dit verhaal hebben we al talloze keren gezien in alle vormen en maten, waardoor de film je ook nergens zal verrassen. Iedereen weet al voordat hij of zij de zaal binnengaat hoe het zal aflopen, maar dat is geen enkel probleem. Dit soort films draaien om de dialogen, en die horen dan ook te worden uitgevoerd door grote acteurs die weten hoe ze met dit soort gewichtige teksten moeten omgaan.
Wat dat betreft mag regisseur Tom Hooper blij zijn met zijn casting directors, want met Colin Firth en Geoffrey Rush heeft hij een gouden duo in handen dat niet voor niets gezamenlijk is genomineerd voor de beide Oscars voor mannelijke acteurs. Het komt vaak een beetje goedkoop over als een acteur iemand speelt met een bepaald gebrek, maar Firth lijkt de koning oprecht te willen neerzetten zonder er een parade van te maken. Dit gaat hem bijzonder goed af, waardoor je je als kijker verbonden voelt met het hoofdpersonage en daadwerkelijk meeleeft wanneer hij niet uit zijn woorden komt tijdens een publieke toespraak.
Hoe goed Firth echter ook mag zijn, de show wordt eigenlijk toch wel gestolen door Geoffrey Rush als zijn spraaktherapeut. Hij zet de Australiër neer als een innemend persoon met zijn eigen kleine problemen, en als een helpende hand die oprecht betrokken is bij zijn cliënten. Zijn tegenspeler gaat vrijwel zeker naar huis gaat met een gouden beeldje voor beste acteur, maar de kans is groot dat de film een dubbelslag zal slaan wat betreft de mannelijke hoofdrolspelers. De prestaties van beide heren zijn in ieder geval indrukwekkend genoeg om deze eventuele verzilveringen te rechtvaardigen.
Tom Hooper mag sowieso tevreden zijn met het resultaat; niet alleen maakt het tijdens de uitreiking van de Academy Awards kans op maar liefst 12 Oscars, de film heeft al heel wat andere grote prijzen binnengehaald bij onder andere de BAFTA's en de Golden Globes. Wat dat betreft kan het dus eigenlijk al niet meer stuk, maar het zal zeker geen verrassing zijn als de productie op 27 februari de rode loper als de grote winnaar verlaat.
Het draait echter niet enkel om de twee grote sterren in de hoofdrol, ook de rest van de cast mag er wezen. Helena Bonham Carter is uitstekend uitgekozen om Queen Elizabeth te vertolken, en Guy Pearce zet de losbandige koning Edward VIII neer met een goede dosis humor. Ook Timothy Spall moet nog even genoemd worden voor zijn kleine doch vermakelijke rol als Winston Churchill.
Toch zijn er wel wat kleine puntjes van kritiek om op te merken, zo wordt de achtergrond van de koninklijke familie wel erg rooskleurig neergezet. Het vrouwenverslindende gedrag van Edward wordt dan nog wel even genoemd, maar over zijn goede verhoudingen met de nazi's wordt niet gerept. Een dergelijk conflict had misschien nog wat meer drama toe kunnen voegen aan het verhaal, en de disfunctionele kant van de familie zou zo nog meer belicht kunnen worden. Het verhaal is bovendien toch wel redelijk simpel, zonder de grote klasse van de acteurs zou het nooit zo stevig overeind kunnen blijven staan.
Aan de andere kant doen de makers ook genoeg goed, zo voegt (de afwezigheid van) het geluid veel toe aan de sfeer en de beelden zien er prachtig uit. Of het daadwerkelijk de beste film van het afgelopen jaar is valt te betwisten, maar Tom Hooper heeft onweerlegbaar een film gemaakt die veel mensen weet aan te spreken en alleen daarom al veel lof verdient. Het is alleen te hopen dat de plannen van de gebroeders Weinstein om een gecensureerde versie naar de bioscoop te brengen niet doorgaan, want de scène waarin Colin Firth al scheldend rondloopt is misschien wel het leukste stuk van de film.
Oordeel:
Reacties (2)
Goede recensie, ben het er helemaal mee eens, ik heb genoten van beide heren, maar Rush heeft in mijn ogen ook een Oscar verdient, die man is nou een echte acteur!
Inderdaad. Een zeer goede recensie. Ik heb hem toevallig ook vandaag bekeken en ik was zeer onder de indruk van het acteerwerk van alle acteurs, waarbij inderdaad vooral Colin Firth en Geoffrey Rush boven zichzelf uitstijgen. Het is ook wel een keer verdiend dat Colin Firth een serieuze rol neer mag zetten, na al zijn romantische comedy rollen. Hij weet er in ieder geval iets heel bijzonders van te maken.
Updates
- 22/04 Cartoon: The Fall Guy
- 17/04 Premières week 16
- 17/04 Bioscoop top 10 week 15
- 15/04 Cartoon: Back To Black
- 11/04 Premières week 15
- 09/04 Bioscoop top 10 week 14
- 08/04 Cartoon: Civil War
- 02/04 Cartoon: Ghostbusters: Frozen Empire
Reacties
- 31/03 Ghostbusters: Afterlife
- 18/03 Cartoon: Christopher Nolan wint Oscar
- 18/03 Cartoon: Kung Fu Panda 4
- 18/03 Uitslag Oscarpool 2024
- 18/03 The Wonderful Story of Henry Sugar
- 11/03 Uitslag Oscarpool 2024
- 11/03 Uitslag Oscarpool 2024
- 11/03 Uitslag Oscarpool 2024
Forum
- 31/12 FilmCentrum iOS app
- 13/02 Raad de Quote
- 01/10 Boardwalk Empire
- 01/10 Breaking Bad.
- 08/08 Raad de screenshot
- 26/05 Arrested Development
- 27/02 Upgrade
- 23/02 Homeland